zondag, januari 22, 2012

Vaarwel Gilbert, goede reis kameraad!

Een paar dagen geleden is Gilbert Temmerman overleden. Ik heb Gilbert gekend en wil toch graag een paar herinneringen over hem delen.

De eerste keer dat ik met Gilbert Temmerman sprak was in 1989. Mijn thesis was net af en ik had ze opgedragen aan de “eerste socialistische burgemeester van Gent”. Mijn thesis ging dan ook over de rol die de Gentse socialisten gespeeld hadden bij het uitbouwen van de partij in Vlaanderen. Toen ze eindelijk was afgeraakt ben ik ze gaan afgeven op zijn kabinet in het stadhuis. Een kordate, vriendelijke, geïnteresseerde man met een “zoon die ook historicus” was.

Na mijn studies koos ik ervoor om niet terug te keren naar Oostende maar in Gent te blijven (waar ik toch oorspronkelijk vandaan kwam). Ik verliet de Oostendse SP en werd in Gent actief bij de SP. En zo bleef mijn pad lange tijd dat van Gilbert kruisen.

In 1994 (ik was toen leraar geschiedenis) vroeg Frank Beke (die toen nog net geen burgemeester was) mij of ik graag coördinator van het nog op te richten “Vredeshuis” zou willen worden. Het Vredeshuis was het geesteskind van Gilbert Temmerman die toen, in het kader van 50 jaar bevrijding van Gent, een Vredeshuis wou. Altijd al erg gefascineerd door de Tweede Wereldoorlog en toch ook al mijn sporen verdiend in de vredesbeweging ben ik daar enthousiast op ingegaan. Dat was natuurlijk wel pas na een lang gesprek met Gilbert die toch wou weten welk vlees hij in de kuip had…
Een anekdote uit het Vredeshuis. De poetsvrouw vertelde mij dat ze een kast aan het kuisen was en dat de burgemeester achter haar stond te kijken. Toen ze omkeek zei hij haar dat er nog een hardnekkige plek was die ze nog moest aanpakken …

Een goed jaar later kreeg ik de vraag om federaal secretaris te worden van de SP-federatie Gent-Eeklo (dus voor er provinciale kieskringen waren). Gilbert (die zelf ook federaal secretaris was geweest) was niet echt gelukkig met mijn verhuis van Vredeshuis naar “Speldenstraat”. Hij had mij liever in het Vredeshuis gehouden. Maar ja, ik was toen nog een heel enthousiast ‘partijmilitant’ en federaal secretaris mogen worden was een hele eer (en opgave).
Een paar korte anekdotes, die Gilbert Temmerman typeren, uit die periode.

We organiseerden een grote kuis in het partijsecretariaat en hadden zowat de hele inrit volgestouwd met rommel om in een afvalcontainer te smijten. Terwijl we daar mee bezig zijn komt Gilbert langs (hij verwachtte een bezoeker) en besluit in afwachting maar mee te helpen en rommel in de container te smijten. En dat allemaal met zijn pak aan. Ik heb het andere mandatarissen hem niet zien nadoen.

Gilbert was toen al met pensioen maar zeker nog niet op rust. In de vergaderingen van de SGA (de Socialistische Gemeenschappelijke Actie = partij, vakbond, mutualiteit en in Gent ook nog de coöperatieve) was Gilbert vaak aanwezig als vertegenwoordiger van de coöperatieve Vooruit. Hij was geen gemakkelijke, en zeker geen meegaande partner. Hij ergerde zich sowieso aan het feit dat de 1-meistoet was verworden tot een wandeling door de stad. Gedaan was de tijd van de turngroepen, fanfares, praalwagens. Op een bepaald moment maakte hij zich helemaal boos en verweet hij mij zelfs dat ik de 1-meistoet om zeep had geholpen met die stomme ‘fietskarretjes’. Ik had de autootjes die de slogans meevoerden in de stoet vervangen door sympathiekere (en gezondere) fietsen met aanhangwagentjes. En dat vond hij helemaal een afgang. En dan die vlaggendragers aan de kop van de betoging. Die werden betaald door de SGA om de vlaggen te dragen en wie daarop afkwam was niet altijd een toonbeeld van sober socialistisch militantisme. In zijn tijd werden de slogans nog door militanten gedragen. Gilbert ergerde zich vaak, maar vaak niet onterecht. Maar een 1-meistoet zoals die nog bestond in de jaren 50, 60, … lukte niet meer in de jaren 90. Ook de fanfares werden betaald en zij hadden (met uitzondering van de Harmonie Noorderlicht uit Zelzate en het trommelkorps van de Jean Jaurès) niets met het socialisme te maken. We wilden dus nog wel een stoet, maar eigenlijk konden we daar op eigen kracht niet meer hetzelfde van maken als in zijn glorietijd.

Ik heb als federaal secretaris Gilbert ook eens uitgenodigd om te komen praten (brainstormen) met een aantal Jongsocialisten. Dat was een fantastische bijeenkomst. Ook al was hij 65+ hij slaagde erin om alle aanwezig te enthousiasmeren. Voor de ‘moderne’ jongeren was de helderheid en gedrevenheid van Gilbert een opsteker.

En dan zijn er nog talloze andere anekdotes zoals Gilbert die als burgemeester met z’n auto in een file staat, uitstapt en zelf het verkeer begint te regelen.
Gilbert die als zuinige partijsecretaris de medewerkers maar een nieuwe “bic” geeft als ze het lege buisje van de oude bic komen inleveren. Het gat in de begroting was zeker zijn schuld niet!
Voor een plechtigheid n.a.v. de bevrijding van Gent op het kerkhof heeft hij de hele tijd een plastic zakje bij waar hij uiteindelijk een afgesneden bodem van een pet-fles uithaalt en die op de grond zet met de mededeling dat dat de omtrek moet zijn van de bloempotjes die zouden gebruikt moeten worden!
Enz.

De laatste keer toen ik Gilbert ontmoette was, vorig jaar, op de tram. We hebben toen nog een lang gesprek gehad over, wat had je gedacht, de toestand van de partij. Hij was niet echt gelukkig met de gang van zaken. Wat hij toen vertelde over mensen, toestanden, mandatarissen, benoemingen e.d. zal ik hier zeker niet opsommen. Dat zou Gilbert zeker niet appreciëren. Kritiek mocht, moest, de vuile was hield je binnenshuis. En tja, da’s nu eenmaal ook de taak van de secretarissen

Ik vond het een voorrecht om Gilbert Temmerman gekend te hebben. Een voorbeeld van een rechtlijnig man, sober, hardnekkig, enthousiasmerend.
Vaarwel kameraad en goede reis!
De foto's zijn genomen (19/10/2000) op het afscheid van Michel Oosterlinck die jarenlang de drukkerij in de Speldenstraat heeft doen draaien. Op de bovenste foto staan (op de voorgrond) van links naar rechts: ikzelf, Gilbert Temmerman, Joseph Fack en Dirk Moons. Op de onderste is Michel Oosterlinck erbij gekomen (die zo vervaarlijk wijst naar Gilbert) en ook Piet (de chauffeur van Frank Beke).